043. 2023-02-17 Don't fear the dragon, fear your friend
General Summary
De stem van Themberchaud buldert door de ruimte en de groep rent richting de tunnel van waaruit Garthokkar hen toeriep. Wanneer de groep binnen is schuiven ze een groot rotsblok voor de ingang als bescherming tegen de enorme rode draak.
In de tunnel bevinden zich enkele Duergar waar ze even mee praten. Morrovion lijkt erg onder de indruk, maar Allowin heeft zijn bedenkingen. Iets is 'off' aan deze Duergar. Wanneer hij beter kijkt ziet hij dat ze een slijmspoor achterlaten. Hij loopt hen voorbij om achter in de grot te kijken. Daar bevindt zich een spleet in een rotswand waar de tunnel dood lijkt te lopen.
Dan drukt zich een slijmerig wezen door de spleet en een gevecht ontspint zich, waarbij Morrovion bijna behekst lijkt, het enige wat hij kan doen is proberen de gemoederen te sussen, wat niet lukt. Echter wanneer het wezen (want ook de Duergar blijken tot hetzelfde wezen te behoren) een paar rake klappen heeft gehad, trekt het zich terug.
Morrovion komt weer bij zinnen en wanneer de groep besluit te gaan rusten gaat hij achterin de grot kijken wat er zich achter de spleet bevindt. Daar ziet hij het slijmerige wezen en daardoor komt hij helaas weer onder controle van het wezen: nog sterker dan de vorige keer. Morrovion draait zich om en valt de eigen groep aan. Er sneuvelt zelfs een Drow door een Fireball van zijn hand.
Daarna overmeesterd de groep hem en vlak voor hij bezwijkt weet Morrovion onder de controle van het wezen uit te komen. Hij smeekt de anderen bijna vertrouwen in hem te blijven houden. Hun geduld met hem lijkt echter -begrijpelijk- op. Allowin is op sterven na dood, net als Morrovion.
Morrovion beseft dat hij het vertrouwen van zijn groep nu kwijt is. Enkel Oloth lijkt nog echt in hem te geloven. Zelfs Pineclimber, die toch altijd voorzichtig in Morrovion bleef geloeven is nu cynischer dan ooit.
Ze besluiten de grot te verlaten en daar verschijnt Themberchaud. Het is weer Allowin die merkt dat er iets niet klopt. Hij schiet een pijl op de rode draak en de pijl vliegt dwars door hem heen. Daarop verdwijnt de verschijning. Ze besluiten een beetje beschutting op die zoeken en daar uit te rusten.
Zonder dat ze het van elkaar weten, hebben Pineclimber en Morrovion beiden een heftige nachtmerrie. Ze weten het niet, maar ze dromen de grootste angst van de ander.
Wanneer ze uitgerust zijn voelen ze zich duidelijk beter en ze besluiten naar de ' stad' te gaan aan de andere kant van de enorme grot. Eerst moeten ze over een ravijn heen, dat kan over een brug die in het midden op een pilaar leunt, vanwaar een tweede brug ze naar de overkant brengt. De pilaar is bedekt met een afzichtelijke laag organen, ingewanden en uitwerpselen, zo lijkt het. Met hun neus zoveel mogelijk dicht komen ze de bruggen over.
Verderop staan twee pilaren: 1 grote, dikke bedekt met paddestoelen en 1 iets smallere. Bovenin springen drie wezens (lijkend op een Quaggoth met een kale huid met her en der enkel wat plukjes haar en een gezicht dat richting de kin uitloopt in enkele kleine tentakels) van de ene pilaar naar de andere. Het zijn enorme sprongen van zo rond de 80 ft. Ze laten de groep echter verder met rust.
Dan komen ze aan bij een enorme muur, dat bedekt is met een relief dat sterk doet denken aan de vorm van een brein, van hersenen. Onderaan de muur is er een streepjespatroon zichtbaar.
Ze besluiten om Oloth een kijkje te laten nemen.
In de tunnel bevinden zich enkele Duergar waar ze even mee praten. Morrovion lijkt erg onder de indruk, maar Allowin heeft zijn bedenkingen. Iets is 'off' aan deze Duergar. Wanneer hij beter kijkt ziet hij dat ze een slijmspoor achterlaten. Hij loopt hen voorbij om achter in de grot te kijken. Daar bevindt zich een spleet in een rotswand waar de tunnel dood lijkt te lopen.
Dan drukt zich een slijmerig wezen door de spleet en een gevecht ontspint zich, waarbij Morrovion bijna behekst lijkt, het enige wat hij kan doen is proberen de gemoederen te sussen, wat niet lukt. Echter wanneer het wezen (want ook de Duergar blijken tot hetzelfde wezen te behoren) een paar rake klappen heeft gehad, trekt het zich terug.
Morrovion komt weer bij zinnen en wanneer de groep besluit te gaan rusten gaat hij achterin de grot kijken wat er zich achter de spleet bevindt. Daar ziet hij het slijmerige wezen en daardoor komt hij helaas weer onder controle van het wezen: nog sterker dan de vorige keer. Morrovion draait zich om en valt de eigen groep aan. Er sneuvelt zelfs een Drow door een Fireball van zijn hand.
Daarna overmeesterd de groep hem en vlak voor hij bezwijkt weet Morrovion onder de controle van het wezen uit te komen. Hij smeekt de anderen bijna vertrouwen in hem te blijven houden. Hun geduld met hem lijkt echter -begrijpelijk- op. Allowin is op sterven na dood, net als Morrovion.
Morrovion beseft dat hij het vertrouwen van zijn groep nu kwijt is. Enkel Oloth lijkt nog echt in hem te geloven. Zelfs Pineclimber, die toch altijd voorzichtig in Morrovion bleef geloeven is nu cynischer dan ooit.
Ze besluiten de grot te verlaten en daar verschijnt Themberchaud. Het is weer Allowin die merkt dat er iets niet klopt. Hij schiet een pijl op de rode draak en de pijl vliegt dwars door hem heen. Daarop verdwijnt de verschijning. Ze besluiten een beetje beschutting op die zoeken en daar uit te rusten.
Zonder dat ze het van elkaar weten, hebben Pineclimber en Morrovion beiden een heftige nachtmerrie. Ze weten het niet, maar ze dromen de grootste angst van de ander.
Wanneer ze uitgerust zijn voelen ze zich duidelijk beter en ze besluiten naar de ' stad' te gaan aan de andere kant van de enorme grot. Eerst moeten ze over een ravijn heen, dat kan over een brug die in het midden op een pilaar leunt, vanwaar een tweede brug ze naar de overkant brengt. De pilaar is bedekt met een afzichtelijke laag organen, ingewanden en uitwerpselen, zo lijkt het. Met hun neus zoveel mogelijk dicht komen ze de bruggen over.
Verderop staan twee pilaren: 1 grote, dikke bedekt met paddestoelen en 1 iets smallere. Bovenin springen drie wezens (lijkend op een Quaggoth met een kale huid met her en der enkel wat plukjes haar en een gezicht dat richting de kin uitloopt in enkele kleine tentakels) van de ene pilaar naar de andere. Het zijn enorme sprongen van zo rond de 80 ft. Ze laten de groep echter verder met rust.
Dan komen ze aan bij een enorme muur, dat bedekt is met een relief dat sterk doet denken aan de vorm van een brein, van hersenen. Onderaan de muur is er een streepjespatroon zichtbaar.
Ze besluiten om Oloth een kijkje te laten nemen.
Report Date
19 Feb 2023
Primary Location
Secondary Location
Related Characters